Volgers

zondag 28 juli 2019

kamperen

Wij verblijven op een camping, en het is nu hoogseizoen. De camping is goed gevuld met (kleine en grote) tenten, caravans en campers. Leuk om te zien hoe iedereen vakantie viert. En het brengt herinneringen naar boven van vroeger.
Mijn ouders kampeerden al voordat ik geboren werd. Ze hadden een zogeheten bungalowtent, maar stel je daar niet teveel van voor, gewoon een vierkant ding. Daarmee gingen ze aanvankelijk op de scooter op vakantie, naar Duitsland.
Toen mijn broer geboren was, gingen ze met de auto. Mijn moeder maakte zelf de tent groter, door er een baan tentstof tussen te naaien. Ja, ze was coupeuse, kon geweldig goed kleding naaien, dus voor het vergroten van een tent draaide ze blijkbaar haar hand niet om!
En daarna kwam ik er bij. Ik zal ongeveer 4-5 jaar geweest zijn, toen de tent werd ingeruild voor een AlpenKreuzer. Wat hebben we daar een plezier van gehad!

Onder het grote bed, waar ik naast mijn ouders sliep in mijn eigen slaapzak, waren 2 lange opbergruimtes. Mijn vader maakte zelf koffers, precies op maat. Mijn moeder kon de week voor de vakantie de koffers inpakken, en die schoven ze dan zo in die ruimtes. Het voorste gedeelte van dat bed was om te bouwen in een zitje, met tafeltje, en bij slecht weer hebben mijn broer en ik daar vaak spelletjes aan gespeeld.
Het deksel klapte open, in het midden was een loopgedeelte, en aan de buitenkant een tweepersoons bed. Dat was mijn broers domein.

Mijn moeder had rugproblemen. Daarom hadden ze indertijd de AlpenKreuzer gekocht, dan sliep je hoog van de grond af, en hoefde ze niet met veel pijn en moeite elke ochtend omhoog te krabbelen vanaf een luchtbedje op de grond. Uiteindelijk besloten ze dat een caravan toch beter zou zijn, maar met zo'n gevaarte achter de auto rijden, dat vond mijn moeder echt doodeng.
Toen we in Frankrijk op een camping een klap-caravan zagen, was dat Eureka! Dat ziet er zo uit:
Foto's van het internet geplukt, ik kan niet achterhalen wie ze heeft gemaakt, maar deze heeft precies dezelfde kleuren als onze Esterel had:



Doordat de caravan kon worden ingeklapt, was de aanhanger achter de auto niet veel hoger dan de AlpenKreuzer. Mijn vader had wel altijd van de caravanspiegels, omdat hij net niet over het dak kon kijken, maar officieel was het niet eens nodig.

Elke avond werd de grote zithoek ingeklapt en omgebouwd tot bed voor mijn ouders. Rechts van de deur was een klein zitje, dat was mijn bed, en mijn broer sliep, heel stoer, in een eigen tentje.

Pas jaren later kochten mijn ouders een gewone caravan, en later nog eentje. Ze zijn lang blijven kamperen, ze waren halverwege de 70 toen ze uiteindelijk besloten dat kamperen voor hen gedaan was.

Elk jaar, in januari, stelde mijn vader de vraag: waar willen jullie dit jaar naar toe op vakantie?
Mijn antwoord was standaard: Engeland (al wist ik dat we daar nooit naar toe zouden gaan, mijn moeder had watervrees en no way dat ze dat water naar Engeland zou oversteken!)
Het werd altijd Oostenrijk, Zwitserland of Frankrijk. Mijn moeder en broer vonden 2 weken lang genoeg, mijn vader en ik vonden de 4 weken vakantie die hij altijd opnam, eigenlijk nog te kort.
Als we 2 weken op vakantie waren, slaakten mijn moeder en broer altijd een zucht van verlichting, zo, we waren over de helft! Terwijl mijn vader en ik daar juist van baalden.
Mijn ouders hadden wel een heel slim systeem bedacht om het iedereen naar de zin te maken.
Ook hier weer de tweedeling: mijn moeder en broer bleven het liefste op de camping (mijn broer had altijd al binnen een uur vriendjes waarmee hij de hele vakantie voornamelijk wilde zwemmen). Mijn vader en ik wilden graag de omgeving verkennen, toeristische trekpleisters bezoeken, enz.
Na aankomst maakte mijn vader 4 briefjes met onze namen erop. Die gingen dubbel gevouwen in een kommetje, en dan werden ze er stuk voor stuk uitgehaald. Stel dat de volgorde van trekken was:
broer, vader, moeder, ik, dan betekende dat dat mijn broer op dag 1, 5, 9 enz bepaalde wat we die dag gingen doen. Mijn vader dus op dag 2,6, 10 enz. Zo kreeg iedereen zijn/haar zin, zonder dat er elke dag over gemopperd kon worden. Want we werden geacht enthousiast mee te doen aan wat er die dag werd ondernomen (of juist niet). Dat werkte perfect!
Soms werd er 1 dag gewisseld, mijn broer is half juli jarig en mocht zijn verjaardag in de vakantie vallen, mocht hij uiteraard op zijn eigen verjaardag bepalen wat er gebeurde.
Mijn vader en ik hielden van wandelen. Op de dagen dat mijn broer of moeder bepaalde: op de camping blijven en doen waar je zin in hebt, betekende dat vaak dat mijn vader en ik een wandeling gingen maken.
Sowieso liepen mijn vader en ik elke avond wel even een rondje over de camping, we vonden het allebei leuk om te zien wat er weg was gegaan, en weer bij was gekomen. Soms zagen we slimme ideetjes over praktische zaken, hoe mensen spulletjes een plekje gaven in hun voortent, een alternatieve waslijn hadden gespannen, verzin het maar. En in die tijd was het nog heel gebruikelijk dat je op vakantie een driehoekig vlaggetje kocht, en dat aan je tent hing. Na verloop van tijd had je dan een hele slinger met plekken waar je ooit al eens gekampeerd had. Onze lijn werd op een gegeven moment zelfs te lang, haha. Mijn vader en ik liepen dan de vlaggetjes te bekijken (netjes vanaf de weg hoor, we stonden niet pal voor iemands tent), en dan herkenden we soms plaatsen waar wij ook waren geweest. Eigenlijk heel erg simpel allemaal dus, maar wat hadden we er een lol in!

Ja, ik heb heel goede herinneringen aan de vakanties in mijn jeugd. Ik besef me ook dat ik bevoorrecht was, dat ik in mijn jonge jaren heel wat van West-Europa heb mogen zien, en dat was iets wat weinig vriendinnetjes meemaakten. Mijn beste vriendinnetje ging elk jaar met haar ouders en broer 3 weken naar het Gardameer, mijn buurmeisje ging elk jaar 5 dagen naar een hotelletje in Duitsland, en al mijn andere vriendinnetjes gingen gewoon niet op vakantie. Dat was toen heel normaal, het was echt bijzonder dat wij elk jaar (bijna) 4 weken zomervakantie vierden in het buitenland. En daarnaast ook nog eens met Pasen, Pinksteren en Hemelvaart kampeerden, de eerste jaren in Nederland, vanaf mijn 8e jaar in Luxemburg.

Gingen jullie als kind op vakantie? En hoe, kamperen, hotel,....? En hebben jullie daar ook zulke goede herinneringen aan?


9 opmerkingen:

  1. Mijn ouders gingen in de zomervakantie graag naar de bergen toe. We zijn in Zwitserland, Duitsland en Oostenrijk geweest. In januari boekten ze altijd al een appartement voor de zomervakantie. Ze zaten vast aan de bouwvakvakantie en tot ik en jaar of 10 was (denk ik) was dat twee weken, daarna werd het drie weken. Die eerste keer dat het drie weken was vonden we dat best wel lang maar ook dat wende. We gingen 1x per jaar op vakantie en ik kan me echt niet meer herinneren of mijn vriendinnetjes ook op vakantie gingen.

    Mijn ouders hebben nooit gekampeerd, ik later wel: eerst met de tent, daarna de vouwwagen en weer later de caravan. Nu ga ik liever naar een appartement toe. We zijn jaren geleden eens bijna omgeslagen met de caravan en sindsdien zit ik echt met kromme tenen in de auto als de caravan erachter hangt.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dat laatste kan ik me goed voorstellen! Nee, dan is een appartement een stuk fijner om vakantie te houden voor je.

      Verwijderen
  2. leuk he, al die (jeugd)herinneringen. Ik ben met mijn ouders in 1953 en 1954 naar Wenen geweest, met de trein. Ze hadden via hun zangkoor mensen leren kennen die ons uitnodigden daar de vakantie door te brengen, heel bijzonder want het was toch nog vlak na de oorlog. Eigenlijk ging bijna niemand met vakantie, laat staan naar het buitenland. 1e jaar (1953) 1 maand, 2e jaar (1954) 2 maanden. De mooiste vakanties ooit. Ben er later nog heel regelmatig geweest, maar die 2 vakanties zijn de mooiste herinneringen.
    Berber

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik kan me voorstellen dat de mooiste herinneringen zijn, dat waren ook wel erg bijzondere vakanties!

      Verwijderen
  3. Ik ben een Hoogovenskind.
    Hoogovens had vroeger op heel veel parken een paar huisjes die het personeel heel goedkoop kon huren.
    Wij gingen dus van jongs af aan al een week met pasen en twee weken in de zomer op vakantie.
    Aangezien we ook in een Hoogovenshuis in een Hoogovenswijk woonden gebeurde het regelmatig dat we bekenden tegen kwamen.
    In mijn herinnering moesten we bijna elke dag wel iets cultureels doen.
    Ik heb als kind enorme hoeveelheden kerken en musea van binnen gezien.
    Maar de rest van de dag speelden we met de andere kinderen op het park.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dat lijkt me wel apart, ben je op vakantie, kom je een buurman tegen! Ik woonde als kind in een dorp met scheepswerven. Die werven hadden allemaal de woningen in bepaalde straten in bezit. Dus woonde jij in straat X, dan werkte jouw vader bij scheepswerf Z. Alleen als je in onze straat woonde, deed je vader "iets anders"; huisarts, dominee, of, (zoals mijn vader) ingenieur. Daar was ik me als kind trouwens totaal niet van bewust. Toen ik een keer bij een klasgenootje voor het eerst thuis speelde en we limonade kregen, zei haar vader tegen mij, dat ik die limonade thuis zeker nooit kreeg. Dat klopte. De manier waarop hij het zei, liet mij denken dat wij thuis blijkbaar te arm waren om die limonade te kopen. Nachtenlang lag ik wakker, en toen besloot ik mijn moeder maar eens te vragen of wij echt arm waren. Ik weet niet meer hoe ze het me uitlegde, maar ze stelde me toen wel gerust, zonder dat ze uitlegde dat wij juist rijk waren in vergelijking met de meeste klasgenootjes. Dat realiseerde ik me pas vele jaren later. De ranja die ik te drinken had gekregen, kreeg ik bij de meeste vriendinnetjes, en vond ik erg lekker. Maar mijn moeder kocht die nooit, en pas jaren later legde ze me uit dat dat gewoon heel goedkope, ongezonde troep was.

      Verwijderen
  4. Mijn ouders hadden een fruitbedrijf en konden dus nooit weg in de
    zomer, van heel vroeg tot heel laat werd er gewerkt om de oogst
    binnen te halen.In de zomervakantie klein fruit, daarna kwamen
    de appels en peren.Toch heb ik goede herinneringen aan die zomers,
    hele dagen buiten spelen met nichtjes en neefjes, mee naar de
    veiling met de spullen en als de dagopbrengst goed was heerlijk
    ijs (met slagroom ) eten.
    Pas later realiseerde ik mij, wat een lange dagen er gewerkt
    werd en ook gebeurde het, dat een complete oogst mislukte dan
    was al het werk bijna voor niks geweest.
    Groetjes, Betsy


    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Mooi dat jouw ouders je als kind gewoon een leuke zomer bezorgden, samen met de neefjes en nichtjes, en de zorgen die zij ongetwijfeld hadden bij een mislukte oogst of om een goede dagopbrengst, niet aan jullie lieten blijken.

      Verwijderen
  5. Ik ben opgegroeid in een arbeidersgezin met tien kinderen, op vakantie gaan was er niet bij maar dat was niet erg hoor. Wij woonden aan de kust en zaten hele dagen aan het strand met broertjes en zusjes, vriendjes en vriendinnetjes. Je wist niet beter, ik heb het nooit gemist.

    BeantwoordenVerwijderen